George Schenck en het kasteel Toutenburg te Vollenhove

Het gemeente-huis van Vollenhove was eertijds gevestigd in Old Ruiten- borgh, een groot gebouw dat in de 19e eeuw werd gebouwd. Achter het voormalige raadhuis loopt een oprijlaan in de richting van een gracht. Aan de overzijde van die gracht zien we de overblijfselen van een groot kasteel. Deze overblijfselen zijn op de foto hierboven te zien. Tussen het water en de resten van het kasteel is een houten plankier te zien, waar in het verleden in de zomermaanden openlucht spelen werden opgevoerd. Het kasteel werd gesticht door George Schenck, heer van Toutenberg in Thuringen, die in 1496 naar Nederland was gekomen. De bisschop van Utrecht benoemde hem in 1502 tot schout en later tot Drost van Vollenhove. In 1522 werd met de bouw van het kasteel begonnen. Nog in 1552 was men met verbouwingen en uitbreidingen bezig. Het kasteel was meer bedoeld als praal-slot dan als een effectieve verdediging tegen aanvallers van buiten. De muren waren waarschijnlijk nog geen meter dik en zij konden dus geen weerstand bieden aan de zware wapens die in de zestiende eeuw al in gebruik waren.
Een schilderij uit de zeventiende eeuw van F. Camerlinck geeft een indruk van het kasteel. Het schilderij hangt in het Overijssels Museum in Zwolle. Ondanks het feit, dat het nauwelijks als verdedigingswerk kon dienen zag het er toch indrukwekkend uit. De kleine resten op de foto boven is het enige dat van het kasteel is overgebleven. Het zijn de resten van de twee torens, die het poortgebouw flankeerden. Tussen de resten van de twee torens zijn nog de resten te zien van een koepelgewelfje. De resten van het slot staan op het nog volledig aanwezige, omgrachte vierkante burchtterrein.

George Schenck diende niet alleen de bisschop van Utrecht; hij werd in 1521 door Karel V tot stadhouder van Friesland benoemd en tevens werd hij stadhouder van Overijssel. Later werd hij ook stadhouder van Drente en Groningen. Karel V voerde een berbeten strijd tegen de hertog van Gelre en Schenck hielp hem daarbij. Bij het beleg van de vesting Genemuiden, dat in handen was van de Gelderse hertog, werd hij gewond. Hij overleed op 2 februari 1540 op Toutenburg aan de gevolgen van de verwondingen. Het kasteel is daarna vele jaren het middelpunt geweest van twisten tussen (potentiele) erfgenamen. Omstreeks 1780 werd het slot verkocht aan Arend Sloet tot Tweenijenhuizen. Het kasteel verkeerde toen al in een vervallen toestand De weduwe van Arend heeft daarom aan het begin van de negentiende eeuw opdracht gegeven het slot af te breken. Het afbraakmateriaal werd gebruikt om het nu nog bestaande Old Ruitenborg te bouwen. Zo is er een einde gekomen aan de geschiedenis van een roemrucht kasteel.

literatuur:

W. van Gulick - Nederlandse kastelen en landhuizen. Ten Hagen NV Den Haag. 1960

P.W.J. van den Berg - Vollenhove in: Buiten, 1917

C.R.E. Robidee van der Aa. Toutenburg

J. van Lennep en W.J. Hofdijk - Merkwaardige kastelen in Nederland, derde serie II

Artikel in Provinciale Overijsselsche Courant van 18 februari 1933