De Bijstandsbond heeft een nieuwe brochure uitgebracht over het tewerk stellen van gedeeltelijk arbeidsgehandicapten, getiteld 'voor een appel en een ei'

Sinds 1 januari werd de ‘Tijdelijke wet pilot loondispensatie’ van kracht. Deze wet loopt vooruit op de in te voeren Wet Werken naar Vermogen. In de pilot die nu loopt hebben 32 gemeenten de mogelijkheid, een bijstandsgerechtigde, iemand met een WSW indicatie of jongeren op grond van de Wet Investeren in Jongeren (Wet WIJ) bij een reguliere werkgever in het commerciële bedrijfsleven of bij een overheidsinstelling aan het werk te zetten waarbij die werknemer minder dan het Wettelijk Minimumloon krijgt betaald. Mensen waarvan men denkt dat ze voor de pilot in aanmerking komen worden eerst gedurende drie maanden bij een werkgever te werk gesteld met behoud van uitkering. In deze drie maanden stelt een functionaris van de instantie die namens de gemeente de proef uitvoert samen met de werkgever iemands loonwaarde vast. Bijvoorbeeld: deze persoon kan voor de werkgever gezien de handicaps van de werknemer 40% van het minimumloon voor de werkgever terugverdienen. De werknemer sluit dan een arbeidscontract met de werkgever, waarbij deze bij een volledige werkweek maar 40% van het minimumloon hoeft te betalen. De gemeente vult dit loon van de werknemer aan tot iets boven het bijstandsminimum. (het bijstandsminimum voor een alleenstaande is 70% van het minimumloon). Dus bij een volledige werkweek komt iemand uit op iets van 80% van het minimumloon. Deze systematiek zal bij de invoering van de nieuwe wet Werken naar Vermogen. (WWNV) worden uitgebreid en van toepassing zijn in alle gemeenten, terwijl de doelgroepen worden uitgebreid. De brochure is enerzijds een kritiek op de regeling, maar beschrijft anderzijds sec hoe de regeling in elkaar zit. Achtereenvolgens worden behandeld de doelgroepenbepaling, met een uitleg van de criteria die bepalen wanneer men wel en niet tot de doelgroep behoort. En vervolgens wordt ingegaan op de loonwaardebepaling, die plaats vindt aan de hand van verschillende meetsystemen. Tenslotte wordt ingegaan op de berekeningsnethoden voor het vaststellen van de aanvullende uitkering en hoe hoog die moet zijn. De brochure bevat vele tips voor mensen die wellicht tot de doelgroep behoren hoe te handelen wanneer de uitkerende instantie zegt dat bepaald moet worden of men voor de regeling in aanmerking komt. Of als men onder de regeling tewerk is gesteld. Als bijlage vindt men in de brochure het uitvoeringsbesluit van de regeling. De brochure kost 4 euro voor particulieren en kan worden besteld bij de Bijstandsbond. Overigens zijn we alweer juni 2011, en het loopt nog niet erg hard met het aantal mensen dat op de regeling tewerk is gesteld. De gemeente Oldenzaal heeft zeventien mensen op deze manier aan een baan geholpen. Het doel van de gemeente is om voor het einde van 2012 zeker 30 mensen zo aan een baan te helpen. Het blijkt dat Oldenzaal de gemeente is met het meeste aantal plaatsingen. In de 31 andere gemeenten zijn er dus minder geplaatst, zodat na 6 maanden in het hele land enige honderden mensen op deze manier te werk zijn gesteld. In Amsterdam zijn het er een stuk of tien.

De brochure kun je hier lezen. Piet van der Lende
]]>

Plaats een reactie