De Cimbrische oorlog (113 v.Chr. - 101 v.Chr.) werd uitgevochten door de Romeinse Republiek en oprukkende Germaanse stammen van de Cimbren, de Ambronen en de Teutonen, die migreerden vanuit Noord-West Europa omdat ze een nieuw leefgebied zochten. Zij kwamen dus uit het noorden van Europa naar Romeins grondgebied. Het was de eerste oorlog tussen de Romeinen en Germaanse stammen. De Romeinen leden kostbare nederlagen, die vergelijkbaar waren met de verliezen tijdens de Tweede Punische Oorlog, een eeuw eerder. Voor het eerst sinds de dagen van Hannibal werden Italië en Rome zelfs ernstig bedreigd. Een dreiging die leidde tot fundamentele hervormingen van het Romeinse leger en de staat. Naast de Cimbren, de Teutonen, de Ambronen is er ook nog sprake van de Tigorini, die na de laatste veldslag terugkeerden naar hun geboorteland.
Na vele nederlagen aan Romeinse kant rond 113 v Chr. en daarna komt er toch een wending ten goede voor de Romeinen onder leiding van Gaius Marius. In 102 v. Chr. heeft hij de bovengenoemde militaire hervormingen klaar en gaat hij het gevecht met de Germanen weer aan. Hij verslaat de Teutonen en Cimbri in respectievelijk 102 en 101 v. Chr. dankzij nieuwe legioenen en nieuwe cavalerie.
Op bovenstaand kaartje ziet u de veldtochten van de Germaanse stammen en de plaatsen waar confrontaties met de Romeinen waren. (1)
De Slag bij Noreia in 113 v.Chr. was de eerste veldslag in de Cimbrische oorlog. Het eindigde in de nederlaag en vernietiging van de Romeinense legers.
De meest vernietigende nederlaag leden de Romeinen in de Slag bij Arausio (Orange) (6 oktober 105 v.Chr.) De Romeinen stonden onder leiding van de proconsul Quintus Servilius Caepio en consul Gnaius Mallius Maximus. De Cimbren stonden onder leiding van ene Boiorix, die samen met de Teutonen en Ambronen Gallië was binnengetrokken. Van een leger van 80.000 legionairs en 40.000 man auxilia (hulptroepen) overleefden er naar men beweerde slechts 10 man.
Na deze overwinning lag de kern van het Romeinse Rijk, Talie en Rome open maar de Cimbren en Teutonen trokken niet verder op. Ze probeersen Spanje binnen te trekken, maar dat mislukte. Daarop probeerden ze vanuit Gallië toch in Italie te komen, waarna de onderstaande veldslagen volgden die op hun nederlaag uitliep.
De slag bij Aquae Sextiae (Aix-en-Provence) vond plaats in 102 v.Chr.. Na een reeks van Romeinse nederlagen versloegen de Romeinen onder Gaius Marius uiteindelijk de Cimbren en de Teutonen.
De slag bij Vercellae of slag bij de vlakte van Raudine vond eveneens plaats in 101 v.Chr. waarbij de Romeinse consul Gaius Marius en proconsul Quintus Lutatius Catulus Caesar een grote invasiemacht van Germaanse Cimbren onder stamhoofd Boiorix nabij de nederzetting Vercellae (modern Vercelli) in Gallia Cisalpina versloegen. Veel eer voor de overwinning viel Catullus' legaat Lucius Cornelius Sulla ten deel, voor het leiden van de Romeinse en geallieerde Italiaanse cavalerie. De Cimbren werden nagenoeg weggevaagd, met meer dan 140.000 doden en 60.000 gevangenen (inclusief een groot aantal vrouwen en kinderen).
(1) Bron: wikipedia, Dutch translation of Image: Cimbrians and Teutons.png.
Date 2005.
Source Image:Cimbrians and Teutons.png.
Author de:User: Tzzzpfff. current 16:06, 30 May 2007 806 × 524 (35 KB) Evil berry (talk | contribs).
samenstelling tekst en lay out pagina: Piet van der Lende
|