![]() Kerk te Steggerda In de tijd van Van der Aa, dus omstreeks 1840 stonden er in de kom van het dorp 22 huizen en waren er daar 140 inwoners. (1) Naast de kom van het dorp waren er nog twee buurtjes, nl Steggerderburen en Overburen. In totaal waren er in het dorp (dus in de drie buurten) 122 huizen en 830 inwoners, die meest in de landbouw hun'bestaan vonden. Men had er in de tijd van Van der Aa in het zuiden goede bouwlanden en in het noorden naar de Linde toe goede bouw- en weilanden, en vervolgens, nabij de Linde, hooilanden. In de 17e en 18e eeuw werd hier veel turf gegraven. Maar in de 19e eeuw waren er geen veenderijen meer. Steggerda kende na de Reformatie een grote groep inwoners, die katholiek waren gebleven. In de eerste helft van de 19e eeuw woonden er in Steggerda zo'n 240 katholieken. Zij maakten met de katholieken van de dorpen Boyl, Noordwolde, Finkega, Peperga en Blesdijke in de eerste helft van de 19e eeuw deel uit van een statie, die tot het aartsprotectoraat van Friesland behoorde en die in totaal 490 communicanten telde. Zij werden door een Pastoor en twee kapellaans bediend en zij hadden een eigen begraafplaats. Steggerda kende in vroeger tijden ook twee jaarmarkten. Deze jaarmarkten vielen in de 19e eeuw op de laatste donderdag in April en de derde donderdag in Augustus. (1) Van der Aa deel 10 blz 721
|