Foto links Jongeren uit het dorp Spanga in de dertiger jaren van de 20e eeuw bezig met het verzamelen van materiaal voor de Paasvuurbult.

Op eerste Paasdag werd een vuur aangelegd in een weiland, de paaswei. De dagen voor pasen verzamelden de dorpsjongens allerlei brandbaar materiaal zoals takken en papieren veevoederzakken, die op een grote hoop bijeen werden gebracht. De hoop werd meestal opgezet in een drassig weiland met veel water in de buurt en niet te dicht bij de boerderij- en, wanwege het brandgevaar. Op de paasdag werd s'avonds het vuur aangestoken. De dorpskinderen dansten om het vuur heen, en trokken er brandende takken uit, waar ze dan weer overheen- sprongen. Overdag werden hardgekookte eieren geverfd, die vervolgens werden verstopt. Na de tweede wereldoorlog was er voor het kleuren van de eieren speciale verf beschikbaar; Lourens zegt, dat in zijn jeugd de eieren werden gekleurd met natuurlijke materialen. Rode eieren kwamen er door ze in bietenwater te koken en groene eieren kwamen er door ze in spanaziewater te koken. Nadat de verstopte eieren waren terug- gevonden werden ze bij het middagmaal opgegeten

samenstelling tekst en lay out pagina: Piet van der Lende