Geschiedenis van de Stellingwerven en Noordwest Overijssel (Steenwijkerland)

Historische feiten, wetenswaardigheden en analyses over de vroegste tijden tot heden


Handel in de vroege middeleeuwen

Er bestonden na de tijd van de Romeinen uitgebreide internationale handelscontacten zoals uit vele voorwerpen die zijn gevonden blijkt. Vooral muntvondsten geven een indicatie van de omvang en het karakter van de handel in goederen. Het noordelijk deel van Nederland was een kustcultuur, erg op Engeland gericht, zuidelijk Nederland was meer zuidelijk georienteerd. Belangrijke handelsplaatsen waren oa Dorestad, Tiel en Deventer. Zowel Friezen als Franken waren geïnteresseerd in het nabij Dorestad strategisch gelegen Utrecht. Bij de beschrijving van het ontstaan van het sticht Utrecht kun je lezen, dat hier zich hier omstreeks 700 ook een bisschop vestigde. Bij de opgravingen voor DOMunder in Utrecht die sinds 2011 worden uitgevoerd is een groot aantal vroegmiddeleeuwse gouden en zilveren munten gevonden waaruit het belang van de handel in die tijd blijkt.

vvDe meeste gevonden munten in Utrecht zijn zogenaamde 'tremisses' van het 'pseudo Madelinustype'. Deze munten dateren uit het laatste kwart van de zevende eeuw. Het zijn imitaties van de goudstukken die in Dorestad door muntmeester Madelinus zijn geslagen. Deze munt is door lokale machthebbers veelvuldig nagebootst, waarbij uiteindelijk een grote variatie in vorm en uitvoering is ontstaan. De gouden en zilveren munten die bij Domunder werden gevonden zijn getuigen van de periode dat de Friezen het in Utrecht voor het zeggen hadden. Mogelijk heeft een lokale Friese machthebber de munten ter plaatse laten slaan.

De muntschat bevat ook nog een aantal zilveren munten, de 'sceatta's'.Dit zijn kleinere, iets dikkere zilveren munten, die gebruikt werden in het vroegmiddeleeuwse handelsnetwerk langs de kusten van de Noordzee en grote Europese rivieren.

Friese sceatta's

vvIn 2011 werden zeventig vroegmiddeleeuwse zilveren munten gevonden in de buurt van Cothen (provincie Utrecht). De munten wegen ongeveer een gram per stuk. Het zijn 61 Friese sceatta’s van het zogenaamde stekelvarkentype en 9 Franse denarii. Samen vertegenwoordigden ze ongeveer de waarde van een koe, een lans of een schild.

samenstelling tekst en lay out pagina:
Piet van der Lende