Peperga
Hiernaast
ziet u de niet meer als zodanig in gebruik zijnde kerk van Peperga. De
foto is genomen in de zomer van 2001. Van der Aa zegt van deze kerk dat
hij in 1810 gebouwd is en dat de kerk pronkt met een zeer fraaie spitse
toren. (1) Volgens Middendorp is de toren echter al van 1517. Hij bevestigd
echter dat de kerk erachter in 1810 gebouwd is; Middendorp noemt nog een
excactere datum: op 23 september 1810 is de kerk ingewijd door de predikant
Petrus K. Brouwer. De kerk die er voor 1810 stond is in 1808 geheel verbrand.
(2) Deze parochie betaalde in de middeleeuwen jaarlijks een cijns van
vier oude vlaamsen aan de St Clemenskerk te Steenwijk, waaruit men zou
kunnen afleiden, dat zij van de laatstgenoemde parochie is afgescheiden.
(3) Een kerk stond er al in 1328. (4) Dit godshuis was aan St Nicolaas
gewijd, zoals uit een institutiebrief van 27 februari 1561 blijkt, waarbij
Harmannus Jacobi toto vicaris van het altaar van de H. Maagd Maria, gesticht
in de St. Nicolaaskerk te Peperga werd aangesteld. Deze functie was vacant door vacant door
resignatie of dimissie van Johannes de Paesloe, krachtens
presentatie van Jochimus Hebelen cureit, Hebelus
Reyenzen en .Braldus Andree 'advocati' der kerk,
met toestemming der inwoners aldaar, desnoods .na
indaging voor Fredericus Blessing, commissaris over
Vollenhoe en Steen wyck. In 1510 wordt Hesselus Conradi pastoor. 14 december 1510 is er de institutie van Hesselus Conradi tot de parochiekerk
van Pepergo, vacant door dood van Fredericus Inters,
krachtens presentatie van hertog George van Saxen,
met bevel tot inbezitstelling bepaaldelijk aan den
deken Hinricus ten Velde. (5) (Zie voor de betekenis van de verschillende termen de uitleg over de middeleeuwse organisatie van het kerkbestuur)
Na de reformatie was Abelus Frankena
de eerste dominee. Hij kwam omstreeks 1622 en vertrok in 1638 naar Oldeholtpade.
Volgens Van der Aa telde het dorp omstreeks 1840 20 huizen en 110 inwoners.
Wanneer men het Blessebuurtje dat tot Peperga behoorde meerekende stonden
er 56 huizen en 190 inwoners. De landen die bij het dorp behoorden waren
tegen overstroming vanuit de Linde door dijken beveiligd. De Linde had
in deze tijd meer noord-oostwaarts ten zuiden van Oldeholtpade het zogenaamde
Hille of Linde-verlaat, dat kon worden afgesloten zodat het water hogerop
werd tegengehouden ten dienste van de bevloeiing van hoger gelegen landerijen
en voor het scheepvaartverkeer, met name turfschepen die van Noordwolde
en Finkega kwamen.
In 1413 werd Peperga door Frederik van Blankenheim, de 51ste bisschop
van Utrecht, in de as gelegd.
(1) Van der Aa deel 9 blz 127
(2) Middendorp 1997 (1) blz 92
(3) Uit: H.J. Kok - Proeve van een onderzoek van de patrocinia in het
middeleeuws bisdom Utrecht. Proefschrift 1958. Van Gorcum en comp. NV,
Assen. Kok noemt als bron voor deze bewering VMORG, dl. 40 (1923), p.
87.
(4) Kok 1958 noemt daarvoor als bron I.H. Gosses 1941, p. 41 e.v.
(5) B.M. de Jonge van Ellemeet. Institutien, Proclamatiën en Collatiën van den Aartsdiaken van St. Marie in het Decanaat Drente. In: Archief voor de geschiedenis van het Aartsbisdom Utrecht. Twee en veertigste deel. Utrecht. Wed. J.R. van Rossum, 1916 blz 327/328
samenstelling tekst en lay out pagina: Piet van der Lende
|
|