Kanttekeningen bij moderniserings- en veranderingsprocessen
in de prehistorie
Archeologen
(maar ook sociologen en antropologen) delen de menselijke geschiedenis
wel in in verschillende stadia. En geologen en biologen doen dat
ook bij de indeling van de geschiedenis van de aarde en haar bewoning.
Wat de archeologen betreft is er de indeling van de prehistorie
in paleolithicum, mesolithicum, neolithicum en bronstijd en ijzertijd.
Na het begin van de jaartelling kwam de tijd van de Romeinen. Deze
indeling wekt de indruk van een gestage vooruitgang in de ontwikkeling
van menselijke culturen, waarbij het ene- meer ontwikkelde stadium
- in de tijd keurig volgt op het vorige. Maar klopt dit wel? Hieronder
wordt op het vraagstuk van de indeling in historische perioden ingegaan.
Bij een dergelijke indeling zijn er verschillende vragen en
problemen.
- Bij de indeling in geologische
perioden gebruiken geologen verschillende indelingen al
naar gelang de streek of regio van waaruit ze redeneren en de
opvattingen over de ontwikkeling van de aarde die ze hebben. De
officiele indeling van het ISC is een van de vele. Dat komt, omdat
het bijzonder moeilijk is voor de gehele aarde een elkaar keurig
opvolgende stadia van ontwikkeling vast te stellen. De verschillen
per continent en regio kunnen groot zijn en soms ontbreken de
empirische gegevens om vast te stellen wat er precies gebeurd
is. Dit geldt ook voor de ontwikkeling van flora en fauna.
- wanneer is er sprake van een menselijke cultuur, en hoe moet
je dat definieren? Archeologen spreken vaak over culturen van
prehistorische groepen. Welke criteria hanteer je dan, om van
een cultuur te spreken? Wat ons is overgeleverd zijn slechts stille
getuigen van menselijke aanwezigheid van een schriftloze cultuur.
Veel materiaal is verloren gegaan. Vaak zijn de vondsten fragmentarisch
en incidenteel. Daarom is het moeilijk, vast te stellen of er
wel van een cultuur sprake is in de zin van een groep mensen,
die technologie, taal, godsdienst en gewoonten gemeenschappelijk
heeft. Ook is zo het verspreidingsgebied en de grenzen van een
cultuur moeilijk vast te stellen. Bovendien is het niet waar dat
er altijd een ontwikkeling is waarbij het volgende stadium keurig
volgt op het vorige. Culturen in verschillende stadia van technologische
ontwikkeling kunnen eeuwen naast elkaar bestaan en elkaar wederzijds
beinvloeden.
- Archeologen en sociale wetenschappers baseren zich deels nog
op vondsten en analyses die geruime tijd geleden zijn gedaan door
de aartsvaders van de archeologie. Zij hanteerden echter dikwijls
een bepaalde ideologische bril bij hun onderzoekingen. Uitgaande
van de theorie over elkaar opvolgende stadia van menselijke ontwikkeling
beschouwden ze vroegere culturen als een samenleving van wilden,
die in primitieve culturen leefden en baseerden daarop hun manier
van onderzoeken. Vaak is het onmogelijk al die onderzoekingen
over te doen waardoor men gebruik maakt van oude empirische gegevens
die op een aanvechtbare manier geselecteerd en geinterpreteerd
zijn.
|